Zoals u allen weet gaat de Wsnp drastisch veranderen. Op 17 maart 2023 is de wettekst gepubliceerd en onder leiding van het Ministerie van Justitie & Veiligheid zijn alle betrokken partijen (o.a. Ministerie, Bureau Wsnp, Recofa, BBW) hard bezig met implementatie van de wijzigingen en eventueel overgangsrecht. Implementatie van de wetswijziging houdt onder andere in dat partijen zich buigen over de Recofa-richtlijnen, vtlb-calculator, nieuwe taakstelling van de Wsnp-bewindvoerder en daarbij behorende beloningsstructuur.
De prangende vraag bij velen is uiteraard: wanneer gaat de wetswijziging in? In de media laten veel mensen zich hier over uit, maar uiteindelijk is het Franc Weerwind, minister voor Rechtsbescherming, die hierin bepalend is. Zodra minister Weerwind uitsluitsel kan geven zal hij dat doen, weet echter dat het streven nog steeds inwerkingtreding per 1 juli 2023 is.
Het Ministerie voor Sociale Zaken & Werkgelegenheid is tegelijk bezig met anticiperen op de wetswijziging voor wat betreft de minnelijke regelingen. Carola Schouten, minister voor Armoedebeleid, Participatie en Pensioenen, heeft aangegeven dat deze per 1 juli 2023 kunnen worden aangepast naar 18 maanden. In feite kan een minnelijk aanbod altijd zo veel of weinig maanden omvatten als men wil. Zo lang schuldeisers hiermee instemmen is er geen wet die dit tegenhoudt. Het wordt echter een probleem als een schuldeiser niet instemt en een dwangakkoord nodig is om het minnelijk traject te laten slagen. Op het moment dat de wetswijziging nog niet is ingevoerd zal elk verzoek tot een dwangakkoord falen wanneer een aanbod is gedaan op basis van 18 maanden. Tijdens een dwangakkoord dient de rechtbank dit aanbod immers af te wegen tegenover een Wsnp en zal blijken dat het aanbod niet het maximaal haalbare is in vergelijking met (nu nog) 36 maanden Wsnp. Om deze reden is het des te belangrijker dat de wetswijziging gelijk inwerking treedt met de wijzigingen binnen het minnelijk traject, derhalve per 1 juli 2023.