Woord van de voorzitter
Zoals gebruikelijk wil ik ook dit jaar weer, als voorzitter van de BBW, een korte overpeinzing wijden aan de stand van zaken rond de Wsnp. Dit zal overigens mijn laatste nieuwjaarscolumn worden, komend jaar loopt mijn termijn als voorzitter af, eind 2020 zal uw nieuwe voorzitter deze eer te beurt vallen.
Ik schrijf dit stuk met gemengde gevoelens. Als bewindvoerder van het eerste uur heb ik de opkomst van de Wsnp mogen meemaken, in de beginjaren was het nog zoeken naar de beste weg om een Wsnp dossier te kunnen voeren. Een periode waarin rechtbanken en bewindvoerders nog sterk aan elkaar moesten wennen. Maar ook een periode waarin de Wsnp bewindvoerders uiteindelijk uitgroeiden tot echte professionals, die hebben bewezen hun vak tot in de finesses te beheersen.
Ik durf te stellen dat, zonder de inzet van de Wsnp bewindvoerder, menig Wsnp dossier niet had geleid tot de schone lei voor de saniet. Inmiddels is het percentage schone leien gestegen tot boven de 90%!
Maar waar heeft al die inzet, al die professionaliteit van de bewindvoerders, toe geleid? Niet naar een triomftocht van de Wsnp, de Wsnp is verworden tot een instrument met onbetwist enorme kansen voor de saniet om de schone lei binnen te halen maar ook tot een instrument waar steeds minder uitverkorenen gebruik van kunnen maken. Mochten in 2011 nog bijna 15.000 personen gebruik maken van de Wsnp, in 2019 zal dit zijn gereduceerd tot een schamel aantal van circa 4.500.
Met dit aantal van 4.500 zou ik nog vrede kunnen hebben als de schuldenproblematiek eveneens was gereduceerd, maar niets is minder waar. Meer dan ooit worden burgers geconfronteerd met een niet te beheersen schuldenlast, meer dan ooit worden burgers niet geholpen met het oplossen van hun schulden.
Het rapport van Bureau Berenschot (Aansluiting gezocht) waaraan de BBW heeft bijgedragen en waarin het falen van de “schuldenindustrie” werd aangetoond vond ik ronduit schokkend. Schokkend, niet alleen omdat het rapport instanties verwijt tekort te schieten maar schokkend omdat wordt aangetoond dat wij met zijn allen, onder meer gemeenten, rechtbanken en ja, ook wij als Wsnp bewindvoerders teveel bezig zijn geweest met het naleven en opleggen van regeltjes en te weinig met de mens achter de burger met schulden. Het gevolg van dit alles is dat de burger met schulden hopeloos in de steek wordt gelaten bij het vinden van oplossingen rond de schuldenlast en in veel gevallen de toegang tot de Wsnp wordt onthouden.
Als u, het bovenstaande lezende, tot de conclusie mocht komen dat het er slecht uitziet voor de toekomst van het instrument Wsnp dan moet ik dat beeld bijstellen. Er zijn, voor het eerst sedert jaren, positieve ontwikkelingen rond de Wsnp te melden.
Ik noem de recente stappen van enige rechtbanken tot het invoeren van de schuldenrechter waarin de schuldenaar door een schuldenfunctionaris van de rechtbank aan de hand kan worden genomen en worden doorgeleid naar schuldhulpverlening c.q. de Wsnp. De BBW was nauw betrokken bij de pilot Schuldenrechter bij de rechtbank Den Haag. Van belang is ook de toenemende bereidheid van rechtbanken teneinde de hardheidsclausule ruimhartiger toe te passen waardoor de toegang tot de Wsnp wordt verruimd.
Geert Lankhorst heeft zijn eerste column van 2020 aan de schuldenrechter gewijd. Een lezenswaardig en actueel stuk. Klik hier voor zijn column.
Voor het eerst proef ik een intensieve belangstelling vanuit de politieke partijen voor de schuldenproblematiek en zorgen over een daling van de Wsnp instroom. Nu niet in woorden zoals in het verleden maar uit concrete conceptvoorstellen in de Tweede Kamer die onder meer verbetering van de toegang tot de Wsnp behelzen. De BBW werd in het kader van die voorstellen dit jaar regelmatig geconsulteerd. Ik verwacht oprecht dat de genoemde initiatieven kansrijk zijn, een deel daarvan is al in gang gezet. Maar wij zijn er nog niet.
Wat nog niet in gang is gezet, althans niet merkbaar, is een veranderende werkwijze binnen de schuldhulpverlenende instanties, onder meer bij de gemeenten. Ook die instanties zouden zich de uitkomsten van het rapport Berenschot moeten aantrekken maar ik krijg tot heden geen signalen dat die boodschap is geland. Het is wrang dit te constateren omdat het uitblijven van stappen tot gevolg kan hebben dat veel burgers (in dat traject althans) belemmeringen blijven ondervinden in de overstap naar de Wsnp.
Dat is de reden waardoor de BBW bij woordvoerders van de partijen binnen de Tweede Kamer onder meer heeft aangedrongen op de instelling van een kader waarin de periode van stabilisatie of andere soortgelijke schuldhulptrajecten wordt beperkt tot een termijn van maximaal 1 jaar. Lukt het regelen van schulden niet binnen een jaar dan dient de Wsnp de keuze te worden. Met de instelling van dat kader komt er voor veel burgers een einde aan een uitzichtloos schuldentraject en gloort er voor hen licht aan het einde van de tunnel.
In het kader van de bovengenoemde ontwikkelingen wordt 2020 een belangrijk jaar voor de Wsnp. Ik kan u verzekeren dat de BBW deze ontwikkelingen nauwgezet zal volgen en waar nodig haar stem zal laten horen!
Ik wens u allen een goed en gezond 2020.
Uw voorzitter,
Cees van der Linden