‘Er zijn meer handen nodig aan het schuldenbed’ BBW roept beroepsgroepen op de handen ineen te slaan

Nieuws

We kunnen meer mensen bereiken met schuldhulpverlening als beroepsgroepen de handen ineenslaan. Dat is de conclusie van een pilot waarbinnen een secundaire route voor schuldhulpverlening is getest. De onderzoeksvraag van de pilot was of er andere doelgroepen en daardoor meer mensen met problematische schulden bereikt kunnen worden. Van de mensen die binnen de pilot zijn geholpen had meer dan de helft niet eerder contact gezocht met de gemeente, de overige 44% had wel aangeklopt bij het gemeenteloket, maar vond daar niet de passende hulp.

Het schuldenprobleem groeit. Maar het aantal mensen dat geholpen wordt daalt. ‘We hebben nu alle handen nodig aan het schuldenbed, roept voorzitter van de Beroepsvereniging Bewindvoerders Wsnp (BBW) Michiel Noordzij op. ‘Te veel mensen raken om verschillende redenen buiten beeld van het systeem. En onze pilot laat zien dat we mensen kunnen bereiken die nu om welke reden dan ook niet de gemeente kunnen worden geholpen. Samen kunnen we dus meer mensen helpen.’

 Waar in 2020 het CBS 614.000 gezinnen met problematische schulden registreerde, was dat aantal in 2022 gestegen naar ruim 726.000 huishoudens. Dat meldt demissionair minister Schouten in haar brief aan de Tweede Kamer van 16 november 2023. In diezelfde brief constateert de minister ook dat het aantal mensen dat via de minnelijke dan wel wettelijke weg een oplossing vindt voor hun schulden sterk daalt. In 2015 kregen volgens de minister nog 32.544 mensen een minnelijke schuldenregeling, in 2022 sloten nog maar 16.423 mensen succesvol een schuldhulpverleningstraject af. Voor wettelijke schuldsaneringen – waartoe mensen toegang zouden moeten krijgen als een minnelijke regeling niet tot stand komt – is de dalende trend nog drastischer. In 2015 stroomden 11.700 in een Wsnp-traject. In 2022 waren dat er nog maar 1.877.

De verantwoordelijk minister startte een pilot, naar aanleiding van een unanieme oproep van de Tweede Kamer, waarbinnen niet de gemeentelijk schuldhulpverlener, maar Wsnp-bewindvoerders de aanvraag bij de rechter voor toegang tot de Wsnp verzorgden. In 50% van de gevallen hebben zij echter geen aanvraag hoeven doen, maar alsnog een succesvol schuldhulpverleningstraject tot stand gebracht.

Onderzoeksbureau Purpose onderzocht deze schuldhulpverleningstrajecten. Wie worden via deze secundaire route bereikt? Uit de effectrapportage blijkt dat er een grote groep is, 56% in deze proef, die niet eerder bij de gemeente heeft aangeklopt, terwijl deze mensen vaak al jaren met een schuldenprobleem kampen. De behoefte aan grip en autonomie lijken een belangrijke factor te zijn. Ook het gebrek aan vertrouwen in de overheid speelt een rol. De overige 44% had wel eerder hulp gezocht, maar vond geen passende oplossing bij de gemeente. Er werden impliciete voorwaarden gesteld door de gemeente of de situatie bleek te complex. Bijvoorbeeld bij (ex)ondernemers of als er een eigen huis is of een echtscheiding nog niet is afgewikkeld.  

‘Met het huidige systeem waarbij iedereen door de gemeentelijke poort moet, bereiken we dus een substantiële groep niet. Voor die groep moet er een secundaire route naar schuldhulp komen, naast de primaire route van de gemeentelijke schuldhulpverlening. De groep mensen met schulden is zo divers geworden, dat we onze hulp- en dienstverlening daarop moeten aanpassen. We moeten een bepaalde mate van keuzevrijheid bieden. We zouden veel sneller per casus moeten doorverwijzen naar de meest geschikte hulp. Soms is dat juist gemeentelijke schuldhulpverlening, omdat er bijvoorbeeld veel meer problemen spelen. En soms is iemand beter af bij tijdelijk schuldenbewind. En soms is er een Wsnp-bewindvoerder of een andere wettelijk bevoegde professional nodig om een oplossing te vinden. Er moet triage aan de poort komen waarbij we direct de beste en snelste oplossing zoeken voor de burger’, stelt Noordzij.

Naar verwachting zal bovendien het aantal (ex)ondernemers met achterstallige coronaschulden de komende tijd sterk toenemen. Per 1 april jl. is de coulanceregeling van de Belastingdienst gestopt. Uit de effectrapportage van Purpose blijkt dat vooral deze groep zelf lang niet altijd de stap naar de gemeente zet. ‘Die dreigen dus onder de radar te verdwijnen, met alle persoonlijke leed en maatschappelijke gevolgen van dien’, zegt Noordzij.

De beroepsvereniging biedt op 11 juni de effectrapportage in de vorm van een petitie aan aan de Tweede Kamercommissie Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Ze roept de Kamer op een pilot te starten waarbij de aanbevelingen van de effectrapportage worden overgenomen om te onderzoeken hoe een volwaardige secundaire route voor schuldhulpverlening kan worden ingericht en ingebed in het maatschappelijk hulpverleningsveld. BBW verwacht binnen de pilot te starten met jaarlijks 5000 extra gezinnen met problematische schulden te kunnen helpen. Uiteindelijk kan de pilot opgeschaald worden tot 10.000 extra gezinnen per jaar. Het moet een route worden die dient als extra optie, naast de primaire gemeentelijke route. ‘De inzet van gemeenten is waardvol en onmisbaar, maar de hulp die gemeenten kunnen bieden is per definitie eindig’, merkt Noordzij op, ‘en dan hebben gemeenten ook nog zware financiële jaren voor de boeg. Daarom kunnen we dit grote maatschappelijke probleem alleen samen oplossen. Laten de handen ineenslaan.’

Vorig bericht
Vtlb en vakantiegeld
Volgend bericht
Column Geert Lankhorst * – Aansprakelijkheidstelling vorige beschermingsbewindvoerder

Gerelateerde berichten

Niets gevonden.
keyboard_arrow_up